Fybromyalgie en Reuma
Symptomen
Fibromyalgie kenmerkt zich door pijnlijke stijfheid van de zachte lichaamsstructuren, met name waar deze aanhechten aan het bot, meestal in de buurt van de gewrichten. Zachte structuren of weke delen zijn spieren, pezen, banden, kapsels en vliezen. Fibromyalgie is een verlegenheidsdiagnose, omdat er geen enkel objectief bewijs is dat de patiënt pijnklachten heeft. Beeldopnames en bloedonderzoeken leveren geen enkel resultaat op. Er staat een constante spanning op deze zachte structuren. Die spanning wordt veroorzaakt door een continue verkramping van deze weke delen. Op de langere duur veroorzaakt verzuring, irritatie en pijn.
Bij reuma zien we wel een verandering in het bloedbeeld. Verhoogde bloedbezinking en de aanwezigheid van reumafactoren. Daaraan gepaard zijn vervormingen en aantasting van de botstructuren, vaker ook ter hoogte van de gewrichten. Simpel gezegd zou je fibromyalgie een voorloper van reuma kunnen noemen.
Beide ziektes zijn overigens auto-immuunziektes. Dit zijn ziektes waarbij het eigen afweersysteem spontaan zich tegen het lichaam zelf keert, het lichaam aanval en beschadigt. Spontaan betekent uit eigen beweging. Het wil zeggen dat het eigen systeem onbewust of onbewust bewust een beweging inzet, waarbij het op een agressieve manier zichzelf stuk maakt. Het is goed om op deze plaats het begrip onbewust bewust uit te leggen. Heel vaak handelen wij en ook ons lichaam onbewust, ongewild, niet expres, zonder na te denken. “Het gebeurt zonder erg” zeggen we dan.
Toch zit er achter ieder onbewust handelen of ons onbewust gedragen een intentie , een belang, een voordeel voor ons, anders zouden we het namelijk niet doen, ook al is het onbewust.
De echte oorzaak van fibromyalgie en reuma
Ook al is er (nog) geen objectief, wetenschappelijk bewijs voor het ontstaan van deze klachten, dan is er altijd zeker wel een (bio)logische verklaring voor. Er vinden in ons lichaam in de loop van het leven voorgeprogrammeerde, automatische processen plaats. Denk bijvoorbeeld aan de menopauze en de puberteit. Of we het nou willen of niet, het gebeurt buiten onze wil en wens om. Zo’n proces geldt zeker niet voor fibromyalgie en reuma. Willen we in sprookjes geloven, dan zou je willen geloven dat deze ziektes bij toeval ontstaan. Het zou toch van de gekke en het ongeloofwaardige zijn, dat ons lichaam zo maar, zonder reden gaat besluiten dit soort ziektesymptomen te gaan vertonen.
Gevoelens worden geregistreerd in de gevoelshersenen. Bij negatieve gevoelens in onszelf over onszelf wordt door deze centra de productie in gang gezet van ziekte-en stressstoffen. De meest negatieve stof is cortisol, die via de bloedbaan het lichaam ingestuurd wordt en ter plaatse verkramping, verzuring en pijn veroorzaakt. Bij fibromyalgie en reuma speelt verdriet in onszelf om onszelf een hoofdrol. Verdriet produceert bittere en zoute stoffen. Bitter en zout verstoren de natuurlijke stofwisseling en veroorzaken in de cellen van de zachte structuren verharding en verstijving.
Fibromyalgie en reumapatiënten hebben innerlijk een intens verdriet. Of er is hen verdriet gedaan, wat ze hebben laten gebeuren of ze doen zichzelf voortdurend verdriet. In het eerste geval is er dubbel verdriet, want ze hebben verdriet wat de ander hen heeft aangedaan en het verdriet om zichzelf dat ze dat geaccepteerd hebben. Continue verdriet om zichzelf hebben, gebeurt als je niet doet wat je wenst of niet doet, wat je wel wenst. Mensen die onkundig of onmachtig zijn om deze processen te veranderen, krijgen deze aandoeningen niet. Het brein met het lichaam weten dat zij geen keuze kunnen maken. Ze missen de intelligentie en het vermogen daartoe. Zij die wel weten dat ze kunnen veranderen en ook de potentie, de vaardigheden en de capaciteiten daarvoor hebben, maar een gebrek aan daadkracht, moed en wilskracht ontberen, hebben wel de kans deze ziektes te krijgen.
Een interessant aspect is het ‘ verstoppertje spelen’ van fibromyalgie en reumapatiënten door te verklaren dat hun ziekte erfelijk is. Ze bedoelen dan meestal familiair omdat familieleden in de horizontale of verticale lijn ook deze ziekte hebben. Horizontaal zijn broers, zusjes, neven en nichten. Verticaal zijn ouders, ooms ,tantes en grootouders. Familiair duidt op een familiekwaal, die in bepaalde families meer voorkomt. Erfelijk betekent dat men een bepaalde ziekte zeker overneemt van de ouder(s). Familiair betekent dat er een grotere kans is dat men de ziekte ook kan krijgen. Er moet echter een reden, een aanleiding, een uitlokker zijn om die kans om te zetten in een werkelijkheid.
Dé belangrijkste reden dat men toch ook die ziekte krijgt is, omdat de zieke vooraf hetzelfde denkt en zich gedraagt als dat familielid dat ook fibromyalgie of reuma heeft. In het geval van deze twee ziektes zijn het die familieleden die zichzelf een hoop verdriet op de hals halen en daarmee zich voorbestemmen om ook deze kwalen te krijgen. Natuurlijk is het veel gemakkelijker het slachtoffer uit te hangen en passief te ondergaan dat het de schuld van de ziekte is. Waarmee niet is gezegd dat zij schuldig zijn aan hun ziekte, maar wel dat zij de verantwoording naar zichzelf hebben om actief hun ziek zijn te verminderen of te overwinnen. Deze patiënten worden in hun mening gestaafd door de artsen, die ofschoon ze zogenaamd niet weten waar de klachten vandaan komen, de patiënten bevestigen in hun slachtofferschap. Artsen zijn meer gebaat bij makke schapen, waar ze macht over kunnen uitoefenen, die ze afhankelijk kunnen laten blijven en waar ze hun geld op een makkelijke wijze aan verdienen.
Casus
Patricia is 35, leerkracht basisonderwijs, moeder van twee jonge kinderen en mede kostwinnaar. Toen Patricia zich bij mij meldde, stond ze stijf van de fibromyalgie. Al 7 jaar lang vocht ze met deze ziekte, slikte pijnstillers en ontstekingsremmers bij het leven en had haar sporten ingeuild voor yoga en mindfullness. Ze gebruikte haar weekenden en vakanties om te herstellen, bij te tanken en zich weer op te laden voor de volgende schoolperiode. Haar man, ouders en schoonouders steunden haar en namen haar lichamelijk en ouderlijk werk uit handen. Toch namen de klachten van Patricia toe, zowel in intensiteit als in lichaamslocaties. Ze meldde zich ook vaker ziek, omdat ze het gewoon niet trok en tegelijkertijd gaf haar dat een gewetensvol schuldgevoel.
Wat was nou de echte oorzaak van haar ziekte ?
De vader van Patricia was directeur van een scholengemeenschap, haar moeder leerkracht in het basisonderwijs. Haar oudere broer Patrick had totaal geen affiniteit met het onderwijs, dus was Patricia voorbestemd om haar ouders op te volgen in het onderwijs. Patricia was een braaf, bescheiden en betrokken meisje dat graag wilde voldoen aan de wensen van haar ouders. Zeker nadat en omdat haar broer afhaakte . Zij voelde zich verantwoordelijk voor het welzijn en de wensen van haar ouders, dus ging zij vanzelfsprekend studeren op de pedagogische academie.
Ze slaagde met bravoure, met mooie cijfers, glanzende stagerapporten en een baan in het onderwijs leek een passie die ze met plezier zou gaan uitoefenen. In de praktijk bleek dat ze niks had met die kakelende kinderen, die concurrerende collega’s en de overvloed aan administratieve rompslomp. Eigenlijk had ze dus helemaal niets met het onderwijs, maar om haar ouders niet teleur te stellen, ze hadden tenslotte zoveel in haar studie geïnvesteerd, ging ze maar door en door en door, totdat ze er doorheen zat. Bij haar fibromyalgie kreeg Patricia ook nog eens een burn out, gebaseerd op een aversie tegen het onderwijs, de druk van haar ouders en de kritische maatstaven van de maatschappij.
Wat wilde Patricia nu eigenlijk wel ?
In haar scholieren-en studententijd had Patricia als vakantiehulp bij de plaatselijke bloemist gewerkt. In drukke tijden en bij onderbezetting sprong ze nog wel eens bij en dit werk bleek voor haar meer ontspanning dan inspanning. De creativiteit, het natuurlijke product, de groepscohesie, de sociale omgang met de meestal vrolijke klanten, het met het hoofd bedenken en met de handen uitvoeren, de heerlijke kleuren en geuren, zonder al dat zeuren…
De wijze lezer weet al waar we naar toe gaan.
Patricia nam ontslag uit het onderwijs en ging aanvankelijk drie dagen per week bij die bloemist werken, die haar met open armen hadden ontvangen. Binnen een paar weken veranderde Patricia van een uitgebluste, ziekelijke, sombere dame in een levenslustige, vrolijke en gezonde meid. Ook al werkte ze veel en vaak met haar handen en stond ze urenlang op haar voeten, Patricia had nergens geen last meer van, behalve een bevredigende vermoeidheid.
*Wa ge gèr doet daar lijden ie van*, zeggen ze in Brabant.
Deze veelzeggende en betekenisvolle casus laat overduidelijk zien, hoe stressstoffen onze gezondheid ondermijnen en hoe gelukstoffen, endorfines, gezonde stoffen ons lichaam beter kunnen maken en daardoor ons leven kunnen verbeteren.